Rotterdam, Holland

De Pilgrims en Rotterdam       
Nauwe banden en vroege betrekkingen

De geschiedenis van de Pilgrim Fathers is nauw verweven met de stad Rotterdam. De oorsprong van de naam Pilgrims ligt zelfs in Delfshaven. Daar vertrok op 22 juli 1620 van de Middenkouskade een groep Engelse puriteinse calvinisten met de amper zeewaardige ‘Speedwell’ naar de Nieuwe Wereld. Ze hadden een missie: het opbouwen van een nieuwe samenleving, gemodelleerd naar het puriteins-protestantse gedachtegoed. Na een tussenstop in Southampton, waar ze overstapten op de ‘Mayflower’, bereikten de Pilgrims in november Cape Cod in Massachusetts. Daar ontpopten deze stichtelijke volhouders zich als de ideologische aartsvaders van de Verenigde Staten.

 

Veilige haven
Aan het begin van de zeventiende eeuw verbrak een groep calvinistische protestanten uit Nottinghamshire haar banden met de Engelse staatskerk. Om vervolging te ontlopen, zocht deze gemeenschap in 1608 haar toevlucht in de relatief liberale Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. De Republiek was in die tijd een veilige haven voor allerlei mensen die in eigen land vervolgd werden vanwege hun opvattingen. Naast vrijdenkers kwamen ook mensen met streng religieuze opvattingen, zoals de Engelse pelgrims, af op het tolerante klimaat.

Eerst streken de pelgrims neer in Amsterdam, waar al veel Engelse vluchtelingen verbleven, om vervolgens door te reizen naar het rustigere Leiden. Daar mochten zij in vrijheid hun geloof belijden onder leiding van dominee Robinson, die een kleine groep huisjes liet bouwen achter de Pieterskerken thuis diensten verzorgde. Toch voelde de gemeenschap zich niet in haar element. De tweede generatie vernederlandste in rap tempo en hun ouders zagen dit met lede ogen aan. De kinderen spraken de taal, gingen met hun Nederlandse vrienden uit, kregen Nederlandse partners of ze kozen voor zondige maar beter betaalde beroepen als soldaat en koopman. Bovendien was de economische positie van veel pelgrims benard. Daarom viel na lang wikken wegen in 1617 de beslissing naar Noord-Amerika te emigreren om daar in vrijheid een nieuw bestaan op te bouwen. Drie jaar later vertrok de eerste groep naar Delfshaven, waar het aangekochte schip ‘Speedwell’ van de Engelse handelscompagnie Merchant Adventurers Company voor anker lag.

 

 

Delfshaven
Op 21 juli 1620 brak na een laatste gezamenlijke maaltijd en dienst in het huis van dominee Robinson het uur van vertrek uit Leiden aan. Op die dag legden 16 mannen, 11 vrouwen en 19 kinderen die mochten overvaren de weg af naar Delfshaven. Te voet, te paard en met de wagen, hun bezittingen meetorsend, begeleid door de vele achterblijvers en nieuwsgierigen.

Rotterdam was op dat moment al zo’n driehonderd jaar een stad. Tijdens de Nederlandse jaren van de Pilgrims maakte de Maasstad een flinke groei door. Het aantal inwoners steeg snel, de handel trok aan en om die reden werden er een aantal nieuwe havens verwezenlijkt. Het stadsbestuur legde vanaf 1613 de basis voor de huidige Leuve-, Wijn- en Scheepmakershaven en wees de meeste erven toe aan scheepsbouwers. De naam van de huidige Scheepmakershaven kwam dus niet uit de lucht vallen. Ook de Wijnhaven kreeg zijn naam niet voor niets: in de tijd dat de Pilgrims de oversteek waagden, gold wijnhandel als een belangrijke bron van Rotterdamse inkomsten. De wal tussen de nieuwe havens en de Maas kreeg als beplanting een dubbele rij lindebomen. Hiermee ontstond de kade die nog steeds Rotterdams beroemdste is: de Boompjes.

Delfshaven had vooral een reputatie op het gebied van haringvisserij en later ook walvisvaart, maar ook voor de pelgrims bleek het een geschikte haven. ‘Toen zij zich te bestemder plaats aan kwamen vonden zij het schip en alles gereed’, schreef pelgrim William Bradford, wiens dagboek over de avonturen van het dappere groepje al in 1632 verscheen. Bradford verruilde niet tegelijk met zijn broeders en zusters Nederland voor Amerika, maar hij reisde ze later achterna en hij zou het daar aangekomen zelfs tot gouverneur schoppen. In zijn dagboek betitelde hij de landverhuizers in Delfshaven voor het eerst als ‘Pilgrims’: het oog van de wereld afgewend, de hoop op de hemel gevestigd. ‘Fathers’, ook van Bradford afkomstig, werd daar later aan toegevoegd.

 

Naar de Nieuwe Wereld
De Pilgrims brachten de nacht in Delfshaven biddend voor de kerk door. ‘Dien nacht werd er weinig tijds aan den slaap gewijd, maar werd die meestdeels gesleten in vriendschappelijk Christelijk gesprek onder vele blijken van ware Christelijke liefde.’ De volgende ochtend vertrokken de Pilgrims. Aan de waterkant stonden grote groepen mensen klaar om de Pilgrims uit te zwaaien, zo verhaalde Bradford:

‘En toen de tijd gekomen was dat zij moesten vertrekken, werd hun door de meesten hunner broederen uitgeleide gedaan tot eene plaats op eenige mijlen afstands, genaamd Delfshaven, waar het schip gereed lag om hen op te nemen. [..] Hunne vrienden geleidden hen tot aan boord. Waarlijk diep treffend was het gezigt van zoo droef een scheiden. [..] De Hollanders, die als toeschouwers aan de landingsplaats stonden, konden mede hunne tranen niet weerhouden en bewaarden lange de herinnering van zoo roerend een tooneel.’

De inwoners van Delfshaven kregen een schouwspel te zien dat niet snel zou worden vergeten. Dominee Robinson knielde voor de Oude Kerk – die vandaag de dag bekendstaat als de Pelgrimvaderskerk – en ging voor in het gebed. Na een emotioneel afscheid lichtte de ‘Speedwell’ zijn anker en zette koers langs de groenende oevers, tot het schip, voorbij de toren van Den Briel en de zandbanken aan de mond van de rivier, de open zee in stevende en de Hollandse kusten uit het zicht raakten.

             Met tientallen pelgrims aan boord bereikte de ‘Speedwell’ dagen later Southampton. Vanaf daar zouden de pelgrims samen met de ‘Mayflower’ de Atlantische Oceaan oversteken. Al snel bleek de ‘Speedwell’ echter serieus water te maken. De passagiers moesten overstappen op de ‘Mayflower’, die alleen verder voer en na een stormachtige reis van meer dan zestig dagen de baai van Cape Cod (Massachusetts) bereikte. De reis die in Delfshaven was begonnen, eindigde met de stichting van de bekende Plymouth Colony. Hoewel de kolonie van de pelgrims slechts iets meer dan zeventig jaar heeft bestaan, speelde deze een belangrijke rol in de Amerikaanse geschiedenis. De traditie van Thanksgiving vindt haar oorsprong in de Plymouth Colony en verschillende Amerikaanse presidenten – waaronder Roosevelt, vader en zoon Bush én Obama – kunnen hun afkomst terugvoeren op de Pilgrims. In het Capitool – een van de belangrijkste overheidsgebouwen van de Verenigde Staten – herinnert het schilderij de ‘Embarkation of the Pilgrims’ aan het vertrek van de Pilgrims uit Delfshaven.

 

Verbondenheid
Aan de Voorhaven in Delfshaven staat de Oude of Pelgrimvaderskerk. Een gebrandschilderd raam, waarop de moeizame overtocht wordt uitgebeeld, toont het historische moment waarop de Pilgrims vertrokken. Naast het indrukwekkende glas-in-loodraam hangt er een bronzen plaat van de Boston Congregational Club uit 1906, waar de gastvrijheid van de kerk tegenover de pioniers wordt geroemd.

Omgekeerd zijn er inmiddels tal van overheidsgebouwen en kerkgemeenschappen in de Verenigde Staten die relikwieën uit de Pelgrimvaderskerk kunnen tonen. In 1866 ontving de kerkvoogdij een verzoek om een gedenksteen uit Delfshaven, die in de kerk van Chicago ingemetseld zou kunnen worden. Deze gemeente bestond uit nakomelingen van de Pilgrims en men vond het een mooi idee om de band met Delfshaven zichtbaar te maken. Het Delfshavense bestuur gaf gehoor aan het verzoek door een kleine grafzerk uit 1595 op te sturen. Als dank hiervoor ontvingen ze een steen van de soort waarmee de gemeente in Chicago haar kerk had gebouwd. Later kreeg de Pelgrimvaderskerk uit handen van een nakomeling uit Plymouth een gedenkplaat ter herinnering aan het feit dat de Pilgrims 350 jaar geleden uit Delfshaven vertrokken waren. De gedenkplaat is te zien in het 'Pilgrims Memorial’ en getuigt, samen met een aantal andere religieuze artefacten, van de speciale band tussen Delfshaven en de Pilgrims.

Dit artikel is geschreven door Evy van Ast, verbonden aan Historisch Onderzoeksbureau Stad en Bedrijf in opdracht van Rotterdam Partners. 

  

 

 

  • Bezienswaardigheden
  • Accommodaties
Mayflower Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte; schrijf je in voor de Mayflower nieuwsbrief!

Naam

Twitter

Michaël Roumen and Marlijn Kok (from Leiden400, the Pilgrim Year in 2020) were on a work visit in Boston and Plymou… https://t.co/X5ktIPvzQg

Volg @mayflower400nl

LinkedIn